Bron: AD 10 februari 2022
Het aantal sociale huurwoningen van woningcorporaties is tussen 2013 en 2019 met 150.000 afgenomen tot 2 miljoen huizen. Dat onthult stadsgeograaf en onderzoeker Cody Hochstenbach in zijn boek Uitgewoond, dat vandaag uitkomt. ,,De afbraak van betaalbare woningen van corporaties is bewust politiek beleid, dat gevolgen heeft voor de hele huizenmarkt en de wooncrisis grotendeels veroorzaakt.”
Dat dr. Cody Hochstenbach (32), werkzaam bij de Universiteit van Amsterdam, een keer met een boek zou komen stond wel vast. Hij doet al negen jaar onderzoek naar volkshuisvesting, maar is er pas sinds kort van doordrongen dat hij deels wordt gedreven door zijn persoonlijke ervaring als jonge middelbare scholier in Maastricht. Zijn eigen vader raakte dakloos. Zelf woonde hij bij zijn moeder. Uit schaamte vermeed hij met zijn vrienden de plekken op straat waar zijn vader verbleef.
Het heeft denk ik indirect een rol gespeeld. Je stelt als onderzoeker andere vragen en ik ben ervan overtuigd dat de grootste uitwassen van de wooncrisis aan de absolute onderkant plaatsvinden: dakloosheid, mensen die geen thuis kunnen vinden of grote moeite hebben om de huur op te brengen.”
Die persoonlijke invalshoek weerhoudt Hochstenbach er niet van zich te focussen op de wetenschappelijke feiten. Hij verklaart scherp hoe het kan dat huizen in vijf jaar tijd gemiddeld 120.000 euro duurder zijn geworden en waarom dat niet vanzelfsprekend is, maar de uitkomst van een maatschappelijke ideologie waarbij woningbezit centraal staat. ,,Het beleid is erop gericht dat zoveel mogelijk mensen mee kunnen doen aan het feestje van vermogensopbouw via de eigen woning, maar dat systeem begint te piepen en te kraken.”
Waar zijn die 150.000 corporatiewoningen gebleven?
,,Een klein deel is gesloopt, een groter deel verkocht aan beleggers of aan de bewoners, en een deel is in het onbeschermde segment van de woningvoorraad terechtgekomen, waar de huren fors hoger liggen. Het aantal toewijzingen aan woningzoekenden is met een kwart afgenomen sinds 2013, toen woonminister Stef Blok een aantal maatregelen invoerde om de woningmarkt uit de financiële crisis te trekken.”
De Nederlandse sociale huursector is opgebouwd in de jaren 50, 60 en 70 en werd juist alom geprezen
,,Let wel: die 150.000 is het getal onder de streep, dus de 14.000 huizen die corporaties jaarlijks bouwen, hebben de afbraak van de sociale huursector hooguit afgeremd. Bovendien zijn er nog veel meer sociale huurwoningen verdwenen, namelijk de woningen in bezit van particuliere beleggers. Betrouwbare cijfers zijn er niet, maar we weten dat de stijgende WOZ-waardes ervoor zorgen dat met name woningen in de steden boven de puntengrens komen van een beschermde huurprijs. Huurprijzen schieten bij een wisseling van bewoners zo van 700 naar 1500 euro per maand.”
Cijfers corporatiewoningen
- Nederland telt 8 miljoen woningen, waarvan grofweg 60 procent koop, 30 procent sociale huur en 10 procent vrije sectorhuur.
- In 2013 waren er nog 2,17 miljoen sociale huurwoningen van corporaties, nu 2,02 miljoen.
- In 2019 bouwden corporaties 14.000 woningen, maar ze sloopten er 8000 en verkochten er 11.000.
- Het aantal toewijzingen (verhuizingen naar sociale huurwoning) slonk van 224.000 in 2015 naar 168.000 in 2019. - De wachttijd om in aanmerking te komen voor een woning is in een kwart van de gemeenten meer dan 7 jaar.